Moeten de leraren toestemming geven voor het livestreamen van hun lessen?
De minister van Onderwijs van de deelstaat Hessen heeft het wettelijk kader voor het schoolonderwijs tijdens de COVID-19 pandemie vastgesteld. De toestemming van de leerlingen zelf of van hun ouders was vereist, maar kan de toestemming van de leraren achterwege blijven?

Volgens het Hof van Justitie valt de verwerking van persoonsgegevens van leraren in verband met de live-videoconferentie van hun lessen in het openbaar onderwijs binnen de materiële werkingssfeer van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (ook gekend als GDPR).
De voorschriften moeten gericht zijn op de bescherming van werknemers en passende en specifieke maatregelen bevatten ter bescherming van de menselijke waardigheid, de gerechtvaardigde belangen en de grondrechten van de betrokkenen.
Daarom moet bijzondere aandacht worden besteed aan de transparantie van de verwerking, de doorgifte van persoonsgegevens binnen een groep ondernemingen of een groep ondernemingen die een gezamenlijke economische activiteit verrichten, en de controlesystemen op de werkplek.
Als de nationale bepalingen niet aan deze voorwaarden voldoen, mag de nationale rechter deze niet toepassen. Dan is de toestemming van de onderwijzers nog extra nodig.